Wat ik anders zou doen als ik opnieuw een Nissan NV200 ombouwde

Toen ik begon met het ombouwen van mijn Nissan NV200, had ik één doel: een compacte, eenvoudige, maar volwaardige minicamper waarin ik met Sjimmy kon reizen. En eerlijk? Het is me gelukt. Maar als ik nu terugkijk — na talloze nachten in de bus, regenachtige ochtenden, brandende zon, stealth-nachten op industrieterreinen, in woonwijken en bij bekenden, gesjouw met spullen — dan zijn er toch wel wat dingen die ik vandaag anders zou doen.

Niet omdat ik spijt heb, maar omdat je gaandeweg toch leert. En dat is misschien wel het mooiste aan zo’n project: het groeit met je mee.

1. Eerst een nacht slapen in een lege bus (de beste beslissing ooit)

Voordat ik iets vastschroefde of aanplakte, sliep ik bewust een poosje in een lege, kale bus. Op een luchtbed. Met een reisbench voor Sjimmy, een lampje, een deken en een handig kookplaatje op gasflessen (dat ik overigens nog steeds gebruik). Geen isolatie, geen inrichting. Alleen maar ervaren hoe het voelde. Waar ik ruimte miste. Waar het tochtte. Of het werkte met m’n lijf (gezien ik best lang ben), met een hond, met al die spullen. En dat bleek goud waard.

Ik merkte bijvoorbeeld dat ik opslag onder het bed miste. Dat Sjimmy daar z’n vaste plek moest krijgen. Nu stond die bench steeds in de weg en ik wilde een plek houden waar Sjimmy zich kon terugtrekken, of – als hij door de bagger gesjouwd had – kon opdrogen zonder de hele camper te besmeuren. Ook ontdekte ik dat het handig was om mijn schoenen binnen handbereik te houden. En dat ik het bed liever iets hoger bouwde om spullen kwijt te kunnen, waaronder de standkachel die ik kocht.

2. Een betere indeling van het bed

Mijn bed is prima — vast frame, uit te breiden tot zo’n 140 cm breed, matras van Marktplaats op maat gesneden. Maar … als ik het opnieuw zou doen, zou ik het net iets anders ontwerpen. Toch uitschuifbaar in plaats van een los deel. Dat scheelt gedoe en losse spullen meenemen.

3. De stroomvoorziening beter plannen

Ik heb een Powerstation van 600 watt, en dat is ideaal — zeker met de optie om ‘m in een uurtje op te laden, bijvoorbeeld tijdens koffie drinken in een restaurantje of op het werk. Maar ik denk na over een paneeltje voor op het dak, zodat hij ook gewoon met zon- en daglicht oplaadt. Dan hoef ik dat minder handmatig te doen (alleen in de herfst en op donkere winterdagen als ik nog in Nederland waarschijnlijk). Het is handig om zo’n paneel gelijk te doen. Want ja, je moet anders weer boren door je al geïsoleerde dak en de afwerking. Minder ideaal.

Mijn tip: denk na over stroom. Hoe laad je op? Waar? En hoe lang kun je eventueel zonder? Voor mij was het een leerproces, maar het werkt nu top. Denk ook na of je er een CEE stekker op wilt maken. Ik wilde dat niet, omdat ik mijn busje aan de buitenkant de ‘werkbuslook’ wil houden.

4. Isolatie vanaf dag één, maar dan anders aangepakt

Ik koos voor Armaflex AF 6mm, vanwege het compacte formaat van de Nissan NV200. En dat werkte perfect. Zeker in combinatie met de standkachel onder het bed is het binnen warm genoeg en makkelijk droog te houden (en eventueel te krijgen).

Handig is om eerst de zijkanten en eventueel het plafond te isoleren, en dan pas de vloer. Tenzij je het afdekt, door er een plaatje hout of karton overheen te leggen. Ik liep er namelijk zonder er bij na te denken steeds overheen om de zijwanden te isoleren, en zag dat de vloerisolatie beschadigd was. Dat moest ik weer bijwerken met Armaflextape en nieuwe stroken Armaflex. Wel goed te doen, en omdat de originele vloerplaat er overheen kwam niet zo’n ramp, maar gewoon zonde van de tijd en het materiaal.

Ook handig: kijk hoeveel Armaflex je nodig hebt.

5. Ventilatie: direct regelen

De MaxxFan Dome die ik voor het dak heb aangeschaft, had ik eigenlijk meteen moeten plaatsen. Het verschil qua vocht, geur én ventilatie is enorm. Zeker als je met een hond leeft in een kleine ruimte. De bus beslaat minder, ruikt frisser, en je voelt je gewoon prettiger. Die ventilator is misschien wel het fijnste ‘luxe’ element in de bus. Je hebt ventilatoren in diverse soorten en maten. Net wat handig is voor jouw camper – en natuurlijk hoeveel ruimte je hebt.

6. Beter plannen

Hoe vaak ik mijn busje leeggehaald en weer opnieuw ingericht heb? Ontelbaar. Dat kwam natuurlijk ook doordat ik er al in leefde toen hij nog niet klaar was, en als ik overdag mijn bus leeg had om te klussen, hij die avond wel weer ingericht moest zijn omdat ik anders geen slaapplek had.

Een tip voor het bouwen van een camper is toch wel: goed plannen. Ik heb meerdere keren het tussenschot eruit gehaald en weer teruggezet. Voor de vloerplaat hetzelfde verhaal. Gelijk alles eruit, gelijk bijvoorbeeld dat tussenschot beplakken met naaldvilt (of het schot verwijderen als dat mag), en gelijk alles weer terugzetten, helpt een boel tijd besparen. Maar dat moet maar net kunnen.

Als je het tussenschot wilt verwijderen, zoek dan wel eerst even goed uit wat de regels daarover zijn. Ik heb het tussenschot teruggeplaatst en laat het zitten. Waarom? Daarover lees je hier meer: Mag je het tussenschot van een bus verwijderen?

7. Minder zichtbare opslag

Mijn bus is nu netjes, maar ik had eerder veel tasjes en dingetjes aan de handen hangen. Dat maakte een chaotische en volle indruk. Opslag onder het bed (bijvoorbeeld) maakt het geheel echt rustiger. Het is even werk om je spullen te pakken als je bed is opgemaakt, maar de rust die je ervoor terug krijgt in je leefomgeving is echt fijn.


Dingen die ik juist wél weer zou doen

  • De bench onder het bed voor Sjimmy, met ventilatie in de deurtjes — perfect zo. Als het warm is kan ik de zijdeuren openzetten (als de dakventilator niet genoeg is) om het een beetje door te laten trekken. Sjimmy houdt het daardoor een stuk koeler en heeft gewoon een eigen plek. De bench loopt in een L-vorm, omdat in die bench een uitsparing zit waar ik het toilet in schuif. Het vierkante stuk kan hij slapen, en in het langwerpige stuk staan zijn voerbakken. Ideaal. Ik kan van bovenaf de bench in om schoon te maken en voer bij te vullen.
  • Vinyl op de originele vloerplaat — makkelijk schoon te maken. Dit scheelde me een boel werk om de vloer af te werken. De originele plaat paste er ten slotte gewoon in. Wel moest ik op de plek van de wielkasten iets wegfrezen, omdat het daar te strak werd in verband met de isolatie en het naaldvilt. Verder is het een goed idee geweest om de plaat te hergebruiken. Het ziet er mooi en strak uit.
  • Chemisch toilet onder het bed — uit zicht, altijd bij de hand. Dit doet echt iets met de uitstraling. Een chemisch toilet in het zicht vond ik (tijdens het primitieve kamperen in mijn nog ongebouwde bus) soms best gênant. Het heeft toch met hygiëne te maken en als ik mijn schuifdeur open had staan en je zag zo’n toilet naast mijn bed staan, dan voelde ik me een beetje beschaamd. Ik heb een toilet als dit chemisch toilet, maar ze bestaan ook compacter (lager) zoals dit chemisch toilet, mocht je je bed wat lager willen hebben.
  • De Armaflex keuze — compact, stil en goed isolerend. Ik ben blij dat ik voor de AF-variant ben gegaan. Omdat ik een klein busje heb, wilde ik niet al teveel ruimte inleveren door isolatie. De AF-variant isoleert net wat beter dan de anderen. Het naaldvilt kwam over het geheel heen, waardoor het een mooie, professionele en ook geluidsdempende werking heeft.
  • Leven in zo’n kleine bus — want ondanks alles: het geeft vrijheid. Ik ben er zo blij mee dat ik dit busje heb genomen. Geen bakbeest waarbij opvalt dat het een camper is, geen luifels aan de wand, maar gewoon rustig en onopvallend kunnen kamperen waar het uitkomt. Net groot genoeg om te gaan en staan waar ik wil, laag in kosten en relatief goedkoop in ombouwen.

Ik zou het allemaal zo weer doen. Alleen net wat slimmer. En dat is precies wat ik hoop dat jij uit de serie artikelen, die ik over mijn busbouw schreef, haalt: je hoeft niet perfect te beginnen, maar als je leert van elke fout en elk ongemak, dan wordt je bus steeds meer jouw plek. En zeker het proefkamperen in een lege bus is handig geweest. Je ontdekt er heel veel van – en je kunt gelijk genieten van je camperleven. (Daarbij heb je ook wel eens kans op een lek luchtbed, zoals ik. Maar dat is risico van het vak haha.)

Hoe dan ook, ik zou het zó weer doen. Want een busje ombouwen tot camper is echt heel leuk om te doen.


Anderen lazen ook over Nissan NV200 ombouwen tot camper:

Hé busbouwer!

Heb of wil jij een Nissan NV200? En wil je die ombouwen tot camper? Dan heb ik iets moois voor je!

Met mijn opgedane kennis tijdens het wonen op mijn boten met winters van -6 tot het leven in een vochtige camperbus in de herfst, help ik je graag op weg.

In mijn e-book Bus Isoleren – Praktisch e-book voor zelfbouwers leg ik je uit hoe je kunt starten met isoleren en wat voor materiaal je het best kunt gebruiken.

✔ Heldere uitleg over materialen zoals Armaflex, PIR, XPS en meer
✔ Mijn persoonlijke aanpak (wat ik wél en niet opnieuw zou doen)
✔ Een handig kostenoverzicht en rekentool
✔ Bonus: waar koop je slim je spullen?

Ben je er klaar voor om te gaan kamperen?

In dit artikel staan affiliate-links. Als jij iets koopt via zo’n link, kost het jou niets extra’s,
maar help je wel mee om dit soort gratis artikelen mogelijk te blijven maken. Dankjewel!

Vergelijkbare berichten